Het boek van D.H. Lawrence uit 1913 heet "Zonen en minnaars". Het is een autobiografische fictieroman die het verhaal vertelt van Paul Morel, een jonge man die opgroeit in een arbeidersgezin in Eastwood, Engeland. De roman onderzoekt thema's als liefde, seksualiteit, familiebanden en sociale klasse.
Het verhaal begint met Paul die opgroeit in een liefdevol maar moeizaam gezin. Zijn moeder, Lydia, is een dominante en liefdevolle vrouw die Paul tot haar favoriet maakt. Zijn vader, Arthur, is een zachtaardige en gevoelige man die zich niet kan meten aan de krachtige persoonlijkheid van zijn vrouw.
Paul is een intelligente en gevoelige jongen die zich aangetrokken voelt tot kunst en muziek. Hij begint een relatie met Miriam Leivers, een buurmeisje dat ook van kunst houdt. De relatie is echter moeilijk omdat Miriam een idealistische kijk op de liefde heeft die niet overeenkomt met Pauls meer aardse verlangens.
Paul wordt ook aangetrokken tot Clara Dawes, een getrouwde vrouw met een passionele persoonlijkheid. De relatie met Clara is verboden en gevaarlijk, maar Paul kan zich er niet aan onttrekken.
Uiteindelijk moet Paul kiezen tussen zijn liefde voor zijn moeder, zijn liefde voor Miriam en zijn liefde voor Clara. De keuze is niet gemakkelijk en Paul moet een weg vinden om zijn eigen identiteit te vinden in een wereld die hem vaak tegenwerkt.
"Zonen en minnaars" wordt beschouwd als een van de belangrijkste romans van D.H. Lawrence. Het is een krachtig en meeslepend verhaal dat de innerlijke conflicten van een jonge man onderzoekt. De roman is ook een uniek portret van de arbeidersklasse in Engeland aan het begin van de 20e eeuw.
