Aan Vosmaer schreef hij: 'De “Mathilde” vooral moet onverminkt, en volgens zijn plan, worden geredigeerd, omdat er door de 100 sonnetten een idee loopt, dat het ...
Mathilde Een sonnettenkrans Ten slotte wijzen we nog op 't buitengewoon geestige van vele
uitdrukkingen en op 't rake van den dialoog, zooals in 't gesprek
tusschen Louise en Hanna. We treffen hier weer van die echt
Multatuliaansche zinswendingen aan, die vooral op 't tooneel moeten
inslaan en die zeker niet weinig tot het succes van Vorstenschool
hebben bijgedragen.
MATHILDE. EEN SONNETTENKRANS.
[Ontstaan.] In 1879 ontmoette Jacques Perk in Laroche, in de Belgische
Ardennen, waar hij met zijn familie logeerde, een Brusselsch meisje,
Mathilde Thomas. Op dit meisje wordt Perk verliefd, maar tevens geeft
zij hem een ongewone schoonheidsaandoening, zij heft hem op en doet
hem de natuur heel anders zien dan vroeger.
[Evolutie in Perk.] Hierdoor ontstaat in hem een kunstevolutie: eerst
bemint hij Mathilde, de schoone vrouw, en in haar de schoonheid. Later
wordt hij van Mathilde gescheiden, haar beeld blijft hem bij, maar
wordt vervormd: Mathilde wordt voor hem de schoonheid in 't algemeen,
ze wordt dus geïdealiseerd en de personifiëering van de onvergankelijke
Schoonheid: de liefde voor de vrouw, wordt liefde voor de Schoonheid.
Deze kunstevolutie legt Perk neer in zijn sonnettenkrans "Mathilde",
die in vier boeken verdeeld is.