De Nobelprijs voor de Vrede 2002 werd toegekend aan Jimmy Carter, de 39e president van de Verenigde Staten.
De prijs werd hem toegekend voor zijn onvermoeibare inspanningen gedurende decennia om vreedzame oplossingen te vinden voor internationale conflicten, democratie en mensenrechten te bevorderen en economische en sociale ontwikkeling te stimuleren.
Enkele belangrijke punten over de toekenning van de prijs aan Carter:
- Hij was de vierde Amerikaanse president die de Nobelprijs voor de Vrede ontving.
- De prijs werd hem toegekend tijdens zijn presidentschap, wat zeldzaam is.
- Het Nobelcomité prees Carter voor zijn werk via het Carter Center, dat hij in 1982 oprichtte.
- Het Carter Center heeft bemiddeld in conflicten in tientallen landen, waaronder Ethiopië, Haïti, en Noord-Korea.
- Carter heeft ook gewerkt aan het bevorderen van democratie en mensenrechten, en aan het bestrijden van armoede en ziekten.
De toekenning van de Nobelprijs aan Carter was controversieel, met name vanwege zijn beslissing om in 2003 Irak binnen te vallen.
Desondanks wordt Carter alom geprezen voor zijn toewijding aan vrede en mensenrechten.