Een minderheidskabinet is een kabinet dat niet over een meerderheid van de zetels in de Tweede Kamer beschikt. Dit betekent dat het kabinet steun nodig heeft van andere partijen in de Tweede Kamer om wetsvoorstellen aan te nemen.
Er zijn verschillende redenen waarom een minderheidskabinet kan ontstaan. In sommige gevallen is het niet mogelijk om een meerderheidscoalitie te vormen. Dit kan gebeuren als er te veel partijen zijn met verschillende standpunten, of als er partijen zijn die niet met elkaar willen samenwerken. In andere gevallen kan een partij of een aantal partijen ervoor kiezen om niet deel te nemen aan een kabinet, bijvoorbeeld omdat ze het niet eens zijn met de koers van het kabinet.
Een minderheidskabinet heeft een aantal nadelen. Het kabinet is minder stabiel, omdat het afhankelijk is van de steun van andere partijen. Dit kan leiden tot politieke onzekerheid en tot problemen bij het uitvoeren van het beleid. Bovendien kan een minderheidskabinet minder effectief zijn in het doorvoeren van zijn plannen, omdat het niet over een meerderheid van de zetels beschikt.
Er zijn echter ook enkele voordelen aan een minderheidskabinet. Het kabinet is minder gebonden aan de wensen van de coalitiepartijen, waardoor het meer ruimte heeft om eigen beleid te voeren. Bovendien kan een minderheidskabinet leiden tot meer samenwerking tussen de verschillende partijen in de Tweede Kamer, omdat deze partijen elkaar nodig hebben om het kabinet te laten functioneren.
In Nederland is er in de afgelopen jaren een aantal minderheidskabinetten geweest. Het huidige kabinet-Rutte IV is een minderheidskabinet, dat steun heeft van de PVV, de SGP en JA21.
Hier zijn enkele voorbeelden van minderheidskabinetten in Nederland:
- Kabinet-Van Agt II (1977-1981)
- Kabinet-Lubbers II (1986-1989)
- Kabinet-Kok I (1994-1998)
- Kabinet-Balkenende IV (2007-2010)
- Kabinet-Rutte IV (2022-heden)