In het Nederlandse recht is een gedoogpartner een persoon die samenwoont met een ander persoon, maar niet gehuwd is of een geregistreerd partnerschap heeft. De term "gedoogpartner" wordt gebruikt omdat de wet deze relatie niet expliciet erkent.
Gedoogpartners hebben dezelfde rechten en plichten als gehuwden of geregistreerde partners, maar er zijn ook enkele verschillen. Zo hebben gedoogpartners geen recht op alimentatie of erfrecht, en hebben ze minder mogelijkheden om elkaar bij te staan in het geval van een medische noodsituatie.
In Nederland zijn er ongeveer 1,6 miljoen gedoogpartners. De meeste gedoogpartners zijn heteroseksueel, maar er zijn ook een aanzienlijk aantal homoseksuele en lesbische gedoogpartners.
De term "gedoogpartner" is niet officieel, maar wordt wel veel gebruikt in de media en in het dagelijks taalgebruik.
In het geval van Rafah, Palestina, is de situatie anders. In Palestina is het huwelijk tussen personen van hetzelfde geslacht niet toegestaan. Daarom zijn alle partners in Palestina gedoogpartners, ongeacht of ze gehuwd zijn of niet.
In Rafah, Palestina, hebben gedoogpartners dezelfde rechten en plichten als gehuwden. Ze hebben recht op alimentatie, erfrecht en kunnen elkaar bijstaan in het geval van een medische noodsituatie.
De term "gedoogpartner" wordt in Rafah, Palestina, niet gebruikt. De relatie tussen twee personen van hetzelfde geslacht wordt gewoon als een huwelijk beschouwd.